Gebruiksaanwijzing /service van het product Hiclass E10 van de fabrikant Husqvarna
Ga naar pagina of 32
E10 GEBR UIKERSHANDLEIDING.
Is de naaimachine versleten, houd er bij het afvoeren dan rekening mee dat het product veilig wordt gerecycled in overeenstemming met de relevante nationale wetgeving voor elektrische/elektronische apparaten. Neem in geval van twijfel contact op met uw dealer .
Hartelijk gefeliciteerd! Als trotse bezitter van een nieuwe naaimachine, zult u versteld staan van de kwaliteit van de steken in allerlei soorten stof, van meerdere sto À agen of denim tot de prachtigste zijde. Uw naaimachine is bijzonder makkelijk en eenvoudig in gebruik.
4 INHOUDSOPGA VE BELANGRIJKE ONDERDELEN V AN DE MACHINE ...........................................................5 ACCESSOIRES.................................................................................................................... 7 BEVESTIGING V AN DE DOOS MET TOEBEHOREN .
5 BELANGRIJKE ONDERDELEN V AN DE MACHINE 1. Draadspanningswieltje 2. Persvoetdruk 3. Draadhefboom 4. Garenmesje 5. Naaivoetje 6. Steekplaat 7. Doos met toebehoren 8.
6 12. Garenpen 13. Spoelas 14. Opening voor tweede garenpen 15. Handwiel 16. Steekkeuzeknop 17. Aan/Uit knop 18. Hoofdaansluiting 19. Onderdraadgeleider 20.
7 12 3 4 56 7 89 1 0 1 1 12 14 13 15 ACCESSOIRES 1. Standaard naaivoetje 2. Ritsvoetje 3. Cordonsteekvoetje 4. Blindzoomvoetje 5 Knoopsgatvoetje 6. L-schroevendraaier 7. T ornmesje/borsteltje 8. Olie À acon 9. T weede garenpen 10. Garenschijf (2x) 1 1.
8 BEVESTIGING V AN DE DOOS MET TOEBEHOREN Houd de doos met toebehoren horizontaal en duw hem in de richting van de pijl. (1) T il het deksel bij de pijlpunt op om de doos te openen.
9 1 3 MACHINE AANSLUITEN OP DE VOEDINGSSP ANNING Sluit de machine aan op een voedingsbron, zoals afgebeeld. (1) Attentie: T rek de stekker uit het stopcontact, wanneer u de machine niet gebruikt. V oetpedaal Met het voetpedaal regelt u de naaisnelheid.
10 1 2 GLOEILAMPJE VERV ANGEN Attentie: T rek de stekker uit het stopcontact! V ervang het lampje door eenzelfde lampje van 15 watt (220-240V) of 10 watt (1 10-120V) . - Draai de schroef (A) los zoals afgebeeld. (1) - V erwijder de afdekkap (B). - Draai de lamp los en draai er een nieuwe in (C).
11 + - TWEEST APS PERSVOETLICHTER Bij het naaien van verschillende lagen of dikke stoffen kan het naaivoetje nog hoger worden gezet, zodat u de stof gemakkelijker kunt plaatsen. (A) De druk van het naaivoetje van de machine is in de fabriek ingesteld en hoeft voor de meeste stoffen niet te worden gewijzigd (dunne of dikke stoffen).
12 BEVESTIGEN V AN NAAIVOET/HOUDER Breng de naaivoethouder aan Breng de naaivoetstang omhoog (a). (1) Bevestig de naaivoet/houder (b), zoals afgebeeld. Breng het naaivoetje aan Breng de naaivoet/houder (b) omlaag tot de uitsparing (c) precies boven de pen op het voetje (d) staat.
13 GAREN OPSPOELEN Plaats het garen en het garenschijfje op de garenpen (1). - Bij kleinere klosjes plaatst u het garenschijfje met de korte zijde op het klosje (2). - Wind het garen met de klok mee rond de schijfjes (3) voor de onderdraadspanning. - Draad zoals afgebeeld in spoeltje rijgen en op de spoelas (4) plaatsen.
14 HET SPOEL TJE PLAA TSEN Bij het aanbrengen of verwijderen van het spoeltje moeten het voetje en de naald helemaal omhoog staan. 1. Open het spoelhuisdeksel. 2. Houd het spoelhuis in de ene hand. Plaats het spoeltje zo, dat de draad met de klok mee loopt (pijl).
15 1 2 NAALD AANBRENGEN V ervang de naald regelmatig, met name als deze tekenen van slijtage vertoont of problemen veroorzaakt. Plaats de naald overeenkomstig de afgebeelde instructies. A. Draai de naaldklemschroef los en weer vast nadat de nieuwe naald is geplaatst.
16 DE BOVENDRAAD INRIJGEN Het inrijgen van de draad is eenvoudig, maar moet wel correct worden uitgevoerd om problemen bij het naaien te voorkomen. - Begin met de naald in de hoogste stand te zetten (1), en breng bovendien het naaivoetje omhoog om de spanningsschijfjes te openen.
17 DRAADSP ANNING Basisinstelling draadspanning: “4” Om de spanning te verhogen draait u het wieltje op het eerstvolgende hogere nummer . Om de spanning te verlagen draait u het wieltje op het eerstvolgende lagere nummer . A. Normale draadspanning – boven- en onderdraad komen in de stof bij elkaar B.
18 ONDERDRAAD OMHOOG BRENGEN Houd de bovendraad met de linkerhand vast. Draai het handwiel naar u toe, totdat de naald omhoog is gebracht. (1) T rek voorzichtig aan de bovendraad zodat de onderdraad door de opening in de steekplaat verschijnt. T rek beide draden naar achteren, onder het voetje door .
19 ACHTERUIT NAAIEN Aan het einde van de naad drukt u op de hendel voor achteruit naaien. Naai een paar steken om de draadeinden “af te hechten”. Laat de hendel los en de machine naait weer vooruit.
20 NAALD/STOF/GAREN AFSTEMMEN NAALD, STOF SELECTEREN NAALDDIKTE STOFFEN GAREN 9-1 1(65-75) Dunne stoffen zoals dun katoen, voile, zijde , mousseline, interlock, gebreid katoen, tricot, jersey , crêpe, geweven polyester , overhemd- en blousestoffen. Dun garen van katoen, nylon of polyester .
21 RECHTE STEKEN Rechte steek met de naald in middelste positie. Draai de steekkeuzeknop zodat de “A” in stekendisplay verschijnt. Plaats het standaard naaivoetje. Stel de lengte van de steek in met het steeklengtewieltje. 2.5 is de standaard steeklengte.
22 ZIGZAGSTEKEN Draai de steekkeuzeknop tot “C”-zig-zag in het stekendisplay verschijnt. Bovendien wordt de breedte van de zigzagsteek door draaien van het steeklengtewieltje verhoogd of verlaagd.
23 KNOOPSGA TEN V oorbereiding Selecteer het knoopsgat met de steekkeuzeknop. Plaats het knoopsgatvoetje. Stel de steeklengteknop in tussen “0.5” - “1”. De dichtheid van de steek hangt af van de dikte van de stof. Let op: Maak altijd eerst een proefknoopsgat.
24 Tips - V erlaag de spanning van de bovendraad iets voor een cordonsteek aan de bovenkant. - Gebruik versteviging bij knoopsgaten in dunne of stretchstoffen. - U kunt het beste over een inlegdraad naaien bij knoopsgaten in stretch- of gebreide stoffen.
25 BLINDZOMEN V oor boorden, gordijnen, broeken, rokken enz. Selecteer Blindzomen voor stretchstoffen. Selecteer Blindzomen voor geweven stoffen. Plaats het blindzoomvoetje. (1) Steeklengte 1.5-2.5 Let op: Blindzomen vereist zeker enige oefening. Maak daarom eerst een proe À apje.
26 RITSEN EN KOORD Stel de machine in zoals afgebeeld. (1) Het ritsvoetje kan zowel aan de rechterkant als aan de linkerkant van de naald worden geplaatst, afhankelijk aan welke zijde van het voetje u de rits of het koord plaatst.
27 DRIEST APS ZIGZAGSTEEK Naaien van kant en elastiek, stoppen, verstellen, afwerken van randen. Stel de machine in zoals afgebeeld. (1) Patchwork: Leg een stukje stof op zijn plaats en naai rond de randen. De steeklengte kan worden ingekort, zodat er zeer dichte steken ontstaan.
28 STEEKKEUZE Drievoudige rechte steek: (1) V oor versterkte naden. Zet het steeklengtewieltje op ”S1”. De machine naait twee steken vooruit en één steek achteruit. Dit zorgt voor een drievoudige versterking. Drievoudige zigzagsteek: (2) V oor sterke naden, zomen en decoratieve naden.
29 ONDERHOUD Attentie: Schakel de stroom naar de machine uit door de stekker uit het stopcontact te trekken! Als de machine wordt gereinigd, moet de stekker altijd uit het stopcontact zijn getrokken. Steekplaat verwijderen Draai het handwiel naar u toe, totdat de naald omhoog is gebracht.
30 VERHELPEN V AN STORINGEN Probleem Oorzaak V erhelpen Bovendraad breekt 1. Draad niet correct ingeregen. 2. De draadspanning is te hoog. 3. De draad is te dik voor de naald. 4. De naald is niet correct geplaatst. 5. De draad is rond de garenpen gewikkeld.
31 Wij behouden ons het recht voor de machine-uitrusting en het assortiment accessoires zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of wijzigingen aan te brengen in de prestaties of het ontwerp. Dergelijke wijzigingen zullen echter altijd in het voordeel zijn van de gebruiker en ten goede komen aan het product.
4132653-36B • Dutch • Inhouse production • © 2010 KSIN Luxembourg II, S.ar .l. • All rights reserved • Printed in Sweden on environmental-friendly paper www .
Een belangrijk punt na aankoop van elk apparaat Husqvarna Hiclass E10 (of zelfs voordat je het koopt) is om de handleiding te lezen. Dit moeten wij doen vanwege een paar simpele redenen:
Als u nog geen Husqvarna Hiclass E10 heb gekocht dan nu is een goed moment om kennis te maken met de basisgegevens van het product. Eerst kijk dan naar de eerste pagina\'s van de handleiding, die je hierboven vindt. Je moet daar de belangrijkste technische gegevens Husqvarna Hiclass E10 vinden. Op dit manier kan je controleren of het apparaat aan jouw behoeften voldoet. Op de volgende pagina's van de handleiding Husqvarna Hiclass E10 leer je over alle kenmerken van het product en krijg je informatie over de werking. De informatie die je over Husqvarna Hiclass E10 krijgt, zal je zeker helpen om een besluit over de aankoop te nemen.
In een situatie waarin je al een beziter van Husqvarna Hiclass E10 bent, maar toch heb je de instructies niet gelezen, moet je het doen voor de hierboven beschreven redenen. Je zult dan weten of je goed de alle beschikbare functies heb gebruikt, en of je fouten heb gemaakt die het leven van de Husqvarna Hiclass E10 kunnen verkorten.
Maar de belangrijkste taak van de handleiding is om de gebruiker bij het oplossen van problemen te helpen met Husqvarna Hiclass E10 . Bijna altijd, zal je daar het vinden Troubleshooting met de meest voorkomende storingen en defecten #MANUAl# samen met de instructies over hun opplosinge. Zelfs als je zelf niet kan om het probleem op te lossen, zal de instructie je de weg wijzen naar verdere andere procedure, bijv. door contact met de klantenservice of het dichtstbijzijnde servicecentrum.